Maatschappelijke Ondersteuning
Utrecht is een vitale sociale stad, waar inwoners betrokken zijn en verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Ook kwetsbare inwoners nemen hun toekomst in eigen handen, doen mee naar vermogen en krijgen indien nodig daarbij ondersteuning.
lees meerDoelenboom
Doelstellingen
Bedragen zijn in duizenden euro'sDoelstelling 1
Utrecht is een vitaal sociale stad, met betrokken inwoners die verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Ook kwetsbare inwoners doen mee naar vermogen en krijgen indien nodig daarbij ondersteuning
Subdoelstelling(en)
Utrecht is een vitaal sociale stad, met betrokken inwoners die verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Ook kwetsbare inwoners doen mee naar vermogen en krijgen indien nodig daarbij ondersteuning
Utrecht is een vitaal sociale stad, met betrokken inwoners die verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Ook kwetsbare inwoners doen mee naar vermogen en krijgen indien nodig daarbij ondersteuning
Utrecht is een vitaal sociale stad, met betrokken inwoners die verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Ook kwetsbare inwoners doen mee naar vermogen en krijgen indien nodig daarbij ondersteuning
Utrechters organiseren zelfstandig activiteiten en voelen zich meer verantwoordelijk voor omgeving en hebben competenties ontwikkeld om de civil society te ondersteunen en vorm te geven
Iedereen heeft talenten en kwaliteiten en wil dat deze gezien worden. De gemeente Utrecht staat voor een stad waarin inwoners zich kunnen ontwikkelen en mee kunnen doen naar vermogen. Een inclusieve samenleving, waar we respect en zorg voor elkaar hebben. Veel inwoners zetten zich al in voor de stad. Door zich als vrijwilliger in te zetten, buren te helpen en/of mantelzorg te bieden. Dank zij hen kunnen anderen zelfstandig wonen, regie op hun eigen leven houden, activiteiten ondernemen en zich gesteund voelen. De gemeente wil deze kracht van mensen en hun onderlinge samenwerking versterken. Samen maken we immers de stad en bouwen we aan een gezonder toekomst. We willen daarom bereiken dat de positie en ontwikkeling van informele zorg sterker wordt. Hierbij gaat het om zowel meer vrijwillige inzet waar mogelijk als een sterkere verbinding tussen de formele en informele zorg en het voorkomen van overbelasting van mantelzorgers.
Door initiatieven van bewoners en maatschappelijke organisaties kunnen buurten ook levendiger een leefbaarder worden. Dit faciliteren we als gemeente. We streven naar accommodaties die maximaal ondersteunend zijn voor die initiatieven. De accommodaties zijn geen doel op zich maar een middel om ontmoeting en actief burgerschap en hulpverlening te faciliteren. In de stad ontstaan steeds meer initiatieven om het beheer van accommodaties (deels) van de gemeente over te nemen. Onze rol is deze initiatieven ook te faciliteren en stap voor stap het zelfbeheer te begeleiden naar steeds meer financiële onafhankelijkheid.
Hiernaast worden bewoners bij het opbouwen en gebruiken van sociale netwerken in buurten en wijken ondersteund door de sociaal makelaars. Het beoogde maatschappelijke effect hiervan is leefbare en levendige wijken, waar bewoners meer zelfredzaam zijn, minder overlast en minder sociaal isolement zijn en kinderen beter kunnen opgroeien. De sociaal makelaar levert een bijdrage aan een sterke civil society, waardoor minder mensen een beroep doen op de buurtteams. Een samenleving met veel initiatieven biedt het buurtteam ook meer mogelijkheden om cliënten die vereenzamen door te verwijzen naar activiteiten die aansluiten op hun behoeften. In aanvulling hierop hebben we mogelijkheden gecreëerd met behulp van de Sociale Prestatie en Dagondersteuning om initiatieven te ondersteunen waarin beperkt zelfredzame inwoners zingevende daginvulling vormgeven.
Utrechters ervaren zo min mogelijk drempels, fysiek of sociaal, om deel te nemen aan het dagelijkse leven
Onze ambitie is dat in meer Utrechtse wijken en buurten mensen ongeacht hun leeftijd en/of beperking in hun vertrouwde omgeving kunnen blijven wonen. Het rijksbeleid om mensen langer thuis te laten wonen, betekent dat een actieve rol van de gemeente noodzakelijk is om dit mogelijk te maken. In 2016 geven we hieraan uitvoering met aan met een voortvarende en voortdurende uitvoering van Agenda 22. Nu het VN gehandicaptenverdrag is geratificeerd verwachten wij dat ook andere partijen (in de stad) versterkt inzetten op een toegankelijke stad. Wij intensiveren de samenwerking met hen. Bij de voorjaarsnota rapporteren wij de raad over de gemeentebrede aanpak van de dreigende kloof in de digitale communicatie en dienstverlening tussen instanties en kwetsbare burgers.
Utrecht wil dat ook kwetsbare inwoners de kans hebben om hun toekomst in eigen handen te nemen, mee te doen en zich te ontwikkelen. We ondersteunen daar waar nodig het vormen van netwerken en activiteiten zodat sociaal isolement voorkomen wordt en bijgedragen wordt aan de kwaliteit van leven. Hierbij gaan we uit van de talenten en wensen van inwoners, waar mogelijk dragen zij bij aan de organisatie en uitvoering. Speciale aandacht is er voor de zelfredzaamheid van ouderen die steeds langer blijven thuis wonen en bij wie er meer risico op vereenzaming is door het vaak kleiner worden van sociale netwerken en het afnemen van mobiliteit en functies.
De integrale aanpak ‘Utrecht zijn we samen’ zetten we voort. Uitgangspunt is dat alle Utrechters dezelfde kansen krijgen. Wij zoeken verbinding tussen Utrechters en signaleren uitsluiting en radicalisering en zullen voor de aanpak hiervan het instrumentarium door ontwikkelen.
Utrechters zijn in staat om samen met hun directe omgeving een adequate oplossing te vinden voor hun (zorg)vraag
De sociale basiszorg die de gemeente biedt heeft als maatschappelijk resultaat dat Utrechters in staat zijn om samen met hun directe omgeving, een adequate oplossing te vinden voor hun (zorg)vraag. De gemeentelijke inzet is gericht op het vergroten en/of stabiliseren van de mate van zelfredzaamheid dan wel het zo veel mogelijk vertragen van de afname hiervan. Deze basiszorg is voor alle Utrechters dichtbij huis georganiseerd in hun eigen buurt toegankelijk in de buurtteams. Deze zijn laagdrempelig: inwoners, mensen uit hun omgeving en/of netwerk kunnen zonder afspraak binnen lopen of via mail of telefoon het buurtteam bereiken. De buurtteams werken effectief en slagvaardig door een generalistische, outreachende aanpak, het minimaliseren van de bureaucratie en een intensieve samenwerking met onder andere huisartsen, wijkverpleegkundigen, woningcorporaties, politie, vrijwilligers- en wijkorganisaties. De buurtteams worden in 2016 versterkt om hen in staat te stellen de in de loop van 2015 overgedragen cliënten uit de aanvullende zorg te ondersteunen en te begeleiden.
Utrechters die zeer beperkt zelfredzaam zijn ervaren, met behulp van een solide vangnet, voldoende kwaliteit van leven
Niet alle ondersteuningsvragen kunnen ondervangen worden met een eigen netwerk, vrijwillige inzet en/of de sociale basiszorg. Waar nodig worden specifieke deskundigheid en hulpmiddelen ingezet die inwoners in staat stellen om ondanks beperkingen zelfstandig te kunnen functioneren en participeren. Hierbij wordt aangesloten bij wat voor de inwoner van belang is om vanuit te Wmo te compenseren. Hierbij gaat het om maatwerkvoorzieningen die op aanvraag verkrijgbaar zijn. Op het terrein van opvang en beschermd wonen strekt deze verantwoordelijkheid zich uit tot de Wmo-regio’s Utrecht-west, Lekstroom, Zuidoost en Utrecht-stad waarvan in totaal 16 gemeenten onderdeel uitmaken.
De directe omgeving speelt een belangrijke rol in de ondersteuning en zorg van beperkt zelfredzame Utrechters, door de gemeente betrokken professionele ondersteuners trekken zij-aan-zij met hen op. Deze mantelzorgers dragen immers bij aan de kwaliteit van leven van inwoners met een ziekte en/of beperking en maken het mogelijk zelfstandig te blijven wonen. Zij zijn daarom van onschatbare waarde voor hun naaste en onze stad. Het (langdurig) verrichten van dergelijke ondersteuning kan een belasting zijn. Wij zorgen voor faciliteiten en ondersteuning die maken dat mantelzorgers hun zorgtaken kunnen vervullen en overbelasting kan worden voorkomen.
Indicator | Bron | Nul-meting | Realisatie 2013 | Realisatie 2014 | Doelstelling 2016 | Doelstelling 2018 | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
% bewoners dat zich verantwoordelijk voelt voor de buurt | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 85% | 86% | 88% | 88% | ||||||
% bewoners dat actief is in de buurt | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 37% | 37% | 38% | 38% | ||||||
% Utrechters dat zich vrijwillig inzet voor diensten of organisaties | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 40% | 39% | 40% | 40% | ||||||
% bewoners tevreden over beschikbaarheid ruimte voor bewoners activiteiten in de buurt | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 31% | 32% | 32% | 32% | ||||||
% Utrechters dat zich gediscrimineerd heeft gevoeld | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 14% | 14% | 10% | 10% | ||||||
% Utrechters dat informele zorg ontvangt | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |||||
% Utrechters dat aangeeft weinig tot geen problemen te ervaren met meedoen | Inwoners-enquête (Onderzoek) | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |||||
% Utrechters dat in staat is om het leven weer zelfstandig vorm te geven | KTSD | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. |
Basisvoorzieningen zijn georganiseerd en initiatieven, vrijwilligers en mantelzorgers ondersteund
Ondersteuning van initiatieven in de buurt en wijk
In lijn met de aanbevelingen van de tussentijdse evaluatie ‘Sociaal makelen voor krachtige wijken’ wordt in 2016 verder geïnvesteerd op:
De zichtbaarheid van sociaal makelaars voor inwoners.
Het verder vormgeven van bewonersbetrokkenheid.
Het proactief ondersteunen van kwetsbare inwoners waar nodig.
De verbinding tussen de sociaal makelaars en buurtteams, mede aan de hand van de uitkomsten van de 3D Labs.
Meer continuïteit in het beheer van de buurthuizen en speeltuinen.
We ontwikkelen samen met de stad onze visie op het sociaal makelaarschap door op basis van de tussentijdse evaluatie en de maatschappelijke ontwikkeling, zodat we eind 2016 de uitgangspunten kunnen vaststellen voor de voortzetting vanaf 2018.
Welzijnsaccommodaties
In 2016 evalueren wij de nieuwe verhuurtarieven welzijnsaccommodaties en voeren wij een tevredenheidsonderzoek onder de gebruikers van de buurtcentra. We meten hierbij de kwaliteit van ruimten, dienstverlening en communicatie.
Verder ronden wij het onderzoek naar beheervormen voor de speeltuinen af. Het uitgangspunt is om per speeltuin een beheervorm voor te stellen die past bij de behoefte en de potentie in de wijk. Gelijktijdig wordt onderzocht welke organisatiestructuur efficiënt en effectief is voor het Utrechtse speeltuinwerk. Tot slot realiseren we in 2016 de wijkvoorzieningenplannen ‘maatschappelijk initiatief onder dak’.
Vrijwillige inzet
Net als in vorige jaren richten wij ons op het ondersteunen, verbinden en stimuleren van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. In aanvulling hierop onderzoeken wij in pilotvorm met partijen in de stad hoe wij kwetsbare inwoners beter ondersteunen om vrijwilliger te worden en te blijven. Voor het goed ‘matchen’ van deze vrijwilligers met vrijwilligerswerk blijkt namelijk een andere aanpak noodzakelijk, net als het behouden van deze groep als vrijwilliger. Deze pilot is de basis voor meer brede afspraken in de stad hoe ook deze vrijwilligers de ondersteuning te bieden die voor hen van belang is.
Hiernaast continueren wij in 2016 continueren het Initiatievenfonds en geven samen met initiatiefnemers invulling aan kennisdeling en verbinding tussen initiatieven. We zien steeds vaker een combinatie van vrijwillige inzet en sociaal ondernemerschap, bijvoorbeeld bij zelfbeheerinitiatieven. Deze ontwikkeling stimuleren en ondersteunen we, onder andere door het koppelen van ondernemers aan maatschappelijke initiatieven.
Mantelzorg
De infrastructuur in de stad voor de ondersteuning van mantelzorgers wordt in 2016 versterkt. Dit betekent concreet dat tussen de 500 en 1000 extra mantelzorgers ondersteund worden door bijvoorbeeld scholing, coaching en/of lotgenotencontact. Hiernaast zorgen wij voor meer respijtzorg en -voorzieningen en onderzoeken hoe deze zo goed mogelijk aansluiten op de behoeften van mantelzorgers. Zo zullen in de inkoop 2017 voor ouderen logeervoorzieningen buiten de verpleeghuizen ingekocht worden. Het Steunpunt Mantelzorg zet als lokaal expertisecentrum in op het vergroten van de kennis en vaardigheden van professionals in de stad die direct met mantelzorgers te maken hebben (buurtteams, wijkverpleging, huisartsenzorg en intramurale zorg).
Agenda 22
We zetten de inzet op Agenda 22 in 2016, ook omdat het VN gehandicaptenverdrag mooie kansen biedt, versterkt door. Ook in 2016 toetsen wij in de Algemene Subsidie Verordening alle subsidies op toegankelijkheid en loven wij voor de tweede maal de toegankelijkheidsprijs uit. In de Ketenaanpak Openbare Ruimte verankeren wij toegankelijkheid structureel in de gemeentelijke bedrijfsvoering en accommodaties. Met de projecten van de uitvoeringsagenda van Utrecht Aantrekkelijk en Bereikbaar bieden wij meer ruimte voor de voetganger, de fietser en het verblijf. De zorg voor een goede toegankelijkheid voor mensen met een beperking maakt daar onderdeel van uit.
Meer en meer diensten en voorzieningen digitaliseren hun informatie en dienstverlening. Deze ontwikkeling vraagt steeds meer van inwoners om ook digitaal mee te kunnen doen. Zoals de lijn in 2015 is ingezet willen wij in 2016 voortgaan: met relevante partners (zoals bijvoorbeeld de SVB, Belastingdienst, banken, U-pas en Woningnet) stappen zetten om hierin gezamenlijk naar oplossingen te zoeken die de digitale kloof verminderen. Concreet zetten wij de Digisterker-cursussen voort, vereenvoudigen we het digitaal kanaal verder en gaan we door met het toepassen van de webrichtlijnen. Daarnaast stimuleren wij de samenwerking tussen WIJ3.0, Taal doet meer en Bibliotheek Utrecht om wijkgerichte cursussen te organiseren. Onder de noemer ‘Leven en Leren’ krijgt deze samenwerking steeds meer gestalte, met name in de wijken Overvecht, Kanaleneiland, Noordwest en Hoograven. In de bibliotheken worden ‘Taalhuizen’ ingericht waar inwoners met vragen terecht kunnen, waar cursussen worden georganiseerd op het terrein van taal en digitaal en van waaruit ook op andere plekken in de wijk inwoners hun vaardigheden kunnen vergroten.
Diversiteit en LHBT
In 2016 handhaven we de inzet op het voorkomen van uitsluiting en discriminatie op basis van leeftijd, achtergrond, seksuele voorkeur en fysieke, verstandelijke of psychische gesteldheid. We continueren de samenwerking met het Rijk op basis van de intentieverklaring lokaal LHBT-beleid. Als Regenboogstad dragen we bij aan LHBT-acceptatie aan de hand van ons actieplan, de Regenboogagenda 2015 – 2018. Daarbij richten wij ons onder andere op de afname van agressie en onheuse bejegening, verhogen van het gevoel van veiligheid en verbeteren van tolerantie jegens LHBT’s.
We zetten de aanpak ‘Utrecht zijn we samen’ in 2016 voort. Utrecht staat voor een dragende en insluitende samenleving. De integrale aanpak voorziet in preventie en persoonsgerichte aanpak, waarbij iedereen dezelfde kansen heeft, we verbinding leggen tussen Utrechters, uitsluiting en radicalisering signaleren en weten wie is geradicaliseerd en daarop het juiste instrumentarium toepassen.
Sociale prestatie en dagondersteuning
Op basis van de beleidsregel Sociale prestatie en dagondersteuning wordt ook in 2016 aanbod mogelijk gemaakt gericht op zinvolle daginvulling voor Utrechters die beperkt zelfredzaam zijn. Hierbij gaat het zowel om ouderen als om inwoners met (een combinatie van) verstandelijke c.q. lichamelijke beperkingen, psychische c.q. verslavingsproblematiek. Zelfregie en het concept van ‘voor en door’ zijn een belangrijk vertrekpunt: uitgegaan wordt van de talenten en wensen van de doelgroep. Zij spelen zelf dan ook een zo actief mogelijke rol bij de organisatie en uitvoering. De ondersteuning die geboden wordt is vooral gericht op het versterken van deze vrijwillige inzet.
Taalbeheersing
Het beheersen van de Nederlandse taal is een voorwaarde voor zelfredzaamheid en het kunnen Meedoen in de samenleving. In de herijking Volwasseneneducatie is een doelstelling van 1000 taalvrijwilligers en 3000 deelnemers aan taalactiviteiten voor 2016 bepaald. In de loop van 2016 zullen wij meten of deze doelstelling is bereikt. Het rijksbudget dat beschikbaar wordt gesteld voor de bestrijding van Laaggeletterdheid zal de komende jaren met bijna 20% verminderen. Samen met de Utrechtse organisaties zullen wij de uitdaging aangaan om deze streefgetallen te blijven bereiken. Daarbij is van belang dat de actieve taalvrijwilligers zich goed gesteund voelen in hun activiteiten.
Een stad dekkend, goed functionerend netwerk van buurtteams Sociaal
De achttien buurtteams bieden in de hele stad generalistische begeleiding op maat aan bewoners die op meerdere leefdomeinen problemen hebben. Buurtteams begeleiden, ondersteunen en activeren cliënten individueel maar waar mogelijk ook in groepsverband. Ook bieden de teams informatie en advies. Om pro-actief en effectief te kunnen werken, onderhouden de buurtteams contacten met onder andere het netwerk in de wijk, de formele en informele zorgorganisaties, de medische basiszorg, corporaties en de veiligheidsketen. De buurtteams verwijzen inwoners die het nodig hebben door naar een maatwerkvoorziening in de aanvullende zorg (spoor 3) en maken gebruik van de algemene voorzieningen in spoor 1. In 2016 wordt de werkwijze van de buurtteam verder doorontwikkeld en leveren de buurtteams een actieve bijdrage aan de diverse pilots die lopen in het kader van de taskforce EPA en het Stedelijk Plan Ouderen. Hiernaast zal de pilot wijkverpleging die Zilveren Kruis in 2016 start als kans benut worden om de driehoek buurtteam, wijkverpleging en huisarts te versterken. Deze pilot biedt deze kans omdat er per buurt voor verzekerden bij Zilveren Kruis één voorkeursaanbieder is die populatiegebonden bekostigd wordt.
Passende aanvullende ondersteuning voor mensen die dat nodig hebben
In aanvulling op de basiszorg is er een werkend stelsel van ondersteuning en zorg operationeel dat fungeert als vangnet voor de meest kwetsbare Utrechters. Hierbij gaat het onder andere om intensieve begeleiding van Utrechters die niet (meer) in staat zijn om hun dagstructuur vorm te geven. Hierbij wordt voor ouderen dagbegeleiding geboden die gericht is op een zinvolle dagbesteding en het voorkomen van functieverlies. In 2016 wordt in de pilot ‘Op weg naar de Right to challenge’ onderzocht bij een initiatief in zelfbeheer of zij ook meer intensieve ondersteuning kunnen bieden aan ouderen en welke randvoorwaarden dit vraagt. Bij dit onderzoeksproces worden ook zorgaanbieders betrokken zodat wederzijds geleerd kan worden. Op deze manier wordt verdere vernieuwing binnen de aanvullende zorg voorbereid.
Hiernaast is er arbeidsmatige activering voor beperkt zelfredzame 67-minners waarbij zij ondersteund worden bij hun vrijwillige inzet. In 2016 is deze ondersteuning zo georganiseerd dat de bekostiging cliëntvolgend plaatsvindt, er een breed aanbod is dat recht doet aan de diversiteit binnen de groep en er maximaal aangesloten wordt bij de mogelijkheden van de cliënt. Ook wordt in dit kader groepsbegeleiding geboden die specifieke expertise vraagt en logeeropvang bedoeld om mantelzorgers te ontlasten. Tot slot worden waar nodig individuele voorzieningen verstrekt zoals hulp bij het huishouden, vervoer en hulpmiddelen. Voor al deze zogenaamde maatwerkvoorzieningen is de toegang passend bij de ondersteuningsvraag met zo min mogelijk bureaucratie georganiseerd. In de inkoopstrategie aanvullende zorg 2017 zullen stappen worden gezet in de gewenste vernieuwing van de aanvullende zorg, waarbij waar mogelijk de opbrengsten van de pilots in het kader van EPA en het Stedelijk Plan Ouderen benut worden.
Effectieve uitvoering van de taken als Centrumgemeente
Met de opvang en beschermd wonen richten wij ons op personen die door hun psychiatrische en/of verslavingsproblemen en/of verstandelijke beperkingen, niet in staat zijn zelfstandig te leven en een mogelijk gevaar voor zichzelf of anderen vormen. Of die vanwege de veiligheid door geweld in huislijke kring de woning hebben moeten verlaten. Daarnaast bieden wij opvang aan personen die gebonden zijn aan de regio Utrecht en als gevolg van multiproblematiek dakloos of thuisloos zijn. Wij streven naar het versterken van de eigen kracht, een snelle doorstroom uit de opvang en ambulantisering van de begeleiding en het voorkomen van terugval door het bevorderen van blijvend herstel.
In 2016 richten wij, in samenwerking met aanbieders, Altrecht en Victas en de regiogemeenten, een aantal proeftuinen in. In deze proeftuinen wordt gewerkt op basis van een verbeterde aanpak voor personen met een ernstig psychiatrische aandoening (EPA) in de wijk die gebaseerd is op de conclusies van het rapport Over de Brug.
Vanuit de centrumgemeentetaak en de verplichte bovenregionale samenwerking is onder de naam Veilig Thuis een bovenregionaal Advies en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling operationeel voor de aanpak en opvang van de slachtoffers van geweld in afhankelijkheidsrelaties. De samenwerking hiervoor tussen regiogemeenten en centrumgemeente is vastgelegd in de regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling.
Ongedocumenteerden en EU-arbeidsmigranten krijgen (medische) opvang en begeleiding gericht op zelfredzaamheid in Nederland of land van herkomst. Deze opvang en begeleiding van ongedocumenteerden (voornamelijk asielzoekers) wordt voortgezet, waarbij uitgangspunt is dat niemand op straat komt. De oplossing is terugkeer of alsnog legalisering van het verblijf. In 2016 zal de uitkomst van de landelijke bed, bad, brood discussie mede bepalend zijn voor een herijking van het Utrechtse vreemdelingebeleid. Daarbij willen we de succesvolle elementen van de Utrechtse aanpak behouden. Ongedocumenteerden krijgen (medische) opvang en structureel begeleiding gericht op doorstroom en uitstroom naar duurzame zelfredzaamheid in Nederland of land van herkomst. De aanpak door de organisatie Barka van dakloze en gestrande EU arbeidsmigranten teruggeleiden naar het land van herkomst, of het bevorderen van zelfredzaamheid door toeleiding naar regulier betaald werk wordt voortgezet. Deze aanpak wordt in 2016 voortgezet en geschiedt in gezamenlijke afstemming en cofinanciering van Rijk en de grotere gemeenten.
Bevordering van de taalvaardigheid is sinds 2015 eveneens een wettelijke verantwoordelijkheid, waarbij Utrecht optreedt als çontactgemeente voor de arbeidsmarktregio Utrecht Midden. In overleg met de gemeenten in de regio wordt het beschikbare budget ingezet, zowel ten behoeve van formeel taalaanbod (zoals ROC MN en de nieuwe taalaanbieder : NLtaal) en het nonformele aanbod van bijvoorbeeld Prago en de (regio)bibliotheken. Voor 2016 en 2017 wordt een nieuw Regionaal Programma Educatie opgesteld.
Indicator | Bron | Nul-meting | Realisatie 2013 | Realisatie 2014 | Doelstelling 2016 | Doelstelling 2018 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
P1.1 | Bezettingsgraad welzijnsaccommodaties | UVO | 1.300 uur | 1.508 uur | 1.470 uur | 1.680 uur | ||
P1.2 | Aantal homogerelateerde incidenten bij de politie | BHV | 19 | 17 | 25 | 25 | ||
P1.3 | Rapportcijfer ondersteuning vrijwilligers | KTO Vrij-willigers-centrale | n.v.t. | n.v.t. | 7,5 | 7,5 | ||
P1.4 | Rapportcijfer ondersteuning mantelzorgers | Nader te bepalen | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P1.5 | % Utrechters dat de gemeentelijke voorzieningen als fysiek toegankelijk ervaart | Nader te bepalen | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P1.6 | Bereik sociale prestatie en dagondersteuning | Rappor-tages zorgaan-bieders | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P1.7 | Deelnemers-ervaring sociale prestatie en dagondersteuning | Nader te bepalen | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P2.1 | Clientervaring buurtteams | KTSD | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P2.2 | Tijd tussen melding en start ondersteuning en zorg | KTSD | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P2.3 | % volgens plan beëindigde trajecten. | KTSD | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P2.4 | Bereik buurtteams | KTSD | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P2.5 | Aantal doorverwijzingen naar aanvullende zorg | KTSD | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P3.1 | Clientervaring aanvullende zorg | Cliënt-ervarings-onderzoek | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P3.2 | Tijd tussen melding en start ondersteuning en zorg | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P3.3 | Bereik maatwerk-voorzieningen | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P3.4 | % volgens plan beëindigde trajecten. | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P4.1 | Cliëntervaring | Cliënt-ervarings-onderzoek | 2016 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P4.2 | Tijd tussen melding en start ondersteuning en zorg | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P4.3 | Bereik | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. | |
P4.4 | % volgens plan beëindigde trajecten | Rappor-tages aanvul-lende zorg | 2015 | n.v.t. | n.v.t. | n.t.b. | n.t.b. |
Rekening | Begroting 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | |
Lasten | ||||||
P1.1.1 Basisvoorzieningen | 32.422 | 35.646 | 34.380 | 33.635 | 33.635 | 34.049 |
P1.1.2 Buurtteams sociaal | 9.974 | 17.379 | 19.392 | 19.392 | 19.392 | 19.392 |
P1.1.3 Aanvullende ondersteuning | 31.216 | 52.872 | 50.951 | 50.450 | 50.470 | 50.673 |
P1.1.4 Centrumgemeentetaken | 22.369 | 100.384 | 100.525 | 100.348 | 100.343 | 100.343 |
Totaal lasten | 95.981 | 206.282 | 205.247 | 203.824 | 203.840 | 204.457 |
Baten | ||||||
P1.1.1 Basisvoorzieningen | 1.940 | 2.915 | 2.915 | 2.915 | 2.915 | 2.915 |
P1.1.2 Buurtteams sociaal | 336 | 284 | 284 | 284 | 284 | 284 |
P1.1.3 Aanvullende ondersteuning | 4.553 | 4.000 | 4.000 | 4.000 | 4.000 | 4.000 |
P1.1.4 Centrumgemeentetaken | 190 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal baten | 7.019 | 7.199 | 7.199 | 7.199 | 7.199 | 7.199 |
Saldo lasten en baten | 88.962 | 199.083 | 198.049 | 196.626 | 196.642 | 197.258 |
Mutaties reserves | ||||||
Toevoeging reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking reserves | 1.824 | 2.290 | 15 | 15 | 16 | 16 |
Geraamd resultaat | 87.138 | 196.793 | 198.034 | 196.611 | 196.626 | 197.242 |
Bedragen zijn in duizenden euro's
Financiële toelichting
Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe.
Meicirculaire
De consequenties van de meicirculaire 2015 zijn nog niet in bovenstaande cijfers verwerkt. Voor de aanvullende ondersteuning betekent dit een verlaging van 2,7 miljoen euro in 2016 en voor de centrumtaken een verlaging van 2,6 miljoen euro. De verwachting is dat de afname van het budget in 2016 kan worden opgevangen binnen het financiële kader voor de Wmo door:
- een verschuiving van taken en cliënten naar de Wet Langdurige Zorg. Als een gevolg hiervan verschuiven ook de bijbehorende middelen en passen we de budgetten van een aantal aanbieders naar beneden aan;
- inzet van de reservering voor groei bij de inkoop van beschermd wonen in 2015;
- inzet van de eigen bijdragen van cliënten die nog niet waren begroot.
Uitgebreidere informatie over de consequenties van de meicirculaire vind u in de commissiebrief over dit onderwerp en de commissiebrief over de inkoopstrategie Meedoen naar Vermogen.
Prestatiedoelstelling 1.1: Basisvoorzieningen
De daling van de lasten in 2016 is 1,3 miljoen euro ten opzichte van 2015. Dit betreft het wegvallen van de incidentele frictiepost Vernieuwend Welzijn van 0,4 miljoen euro en de structurele overdracht van 0,7 miljoen euro flexibel budget welzijn naar het programma Bewoners en Bestuur ten behoeve van het Initiatievenfonds. Daarnaast is er een verhoging van het lastenbudget (0,2 miljoen euro) door accres en hogere doorbelasting overhead en een verlaging (0,4 miljoen euro) door de verwerking van de taakstellingen.
Prestatiedoelstelling 1.2: Buurtteams
Voor de Buurtteams was 2015 het overgangsjaar, waarin zij zich kon ontwikkelen. Hiervoor was een lastenbudget beschikbaar van 12,5 miljoen euro. Voor de jaren 2016, 2017 en 2018 is het subsidieplafond vastgesteld op 14,5 miljoen euro. De verhoging van het lastenbudget met 2 miljoen euro realiseren wij door een verschuiving van de zorg en de bijbehorende middelen van prestatiedoelstelling 1.3 Aanvullende ondersteuning. De overige middelen in deze prestatiedoelstelling betreft het budget voor informatie, advies en cliëntondersteuning door UCentraal en de toerekening van de overheid.
Prestatiedoelstelling 1.3: Aanvullende ondersteuning
De lasten dalen in 2016 met 1,9 miljoen euro ten opzichte van 2015. Dit betreft de structurele overheveling van 2 miljoen euro naar de prestatiedoelstelling 1.2 ‘Buurtteams Sociaal’ (zie toelichting hierboven), inzet van een incidentele overheveling van wtcg middelen (wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten) van 0,6 miljoen euro uit 2014 in 2015 en hogere kosten (0,7 miljoen) in 2016 door indexering en doorbelasting overhead.
Prestatiedoelstelling 1.4: Centrumgemeentetaken
Geen noemenswaardige financiële ontwikkelingen.
Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves
De onttrekking in 2016 is bedoeld voor dekking van de kapitaallasten van bestaande investeringen en wordt onttrokken aan de daarvoor bestemde reserve Vaste Activa.
Beleidsnota's
Meerjarige beleidsvoornemens die zijn opgenomen in beleidsnota's, -visies of -kaders:
- Wmo kadernota Meedoen naar vermogen 2014-2018 (pdf, 830 kB)
- Wmo Uitvoeringsplan eerste fase (pdf, 2,6 MB)
- Wmo Uitvoeringsplan tweede fase (behandeling in gemeenteraad in najaar 2014) (pdf, 1,4 MB)
- Meedoen naar Vermogen: inkoopstrategie aanvullende zorg mei 2015 (103 kB)
- Agenda 22, Plan 2012-2018 (pdf, 1,2 Mb)
- Kadernota Vrijwillige inzet (pdf, 176 kB)
- Nota Zelfbeheer (pdf, 768 kB)
- Nota herijking Volwasseneneducatie (pdf, 172 kB)
- Routekaart naar Vernieuwend Welzijn (pdf, 170 kB)
- Wijkambities 2014-2018
- Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling 2015 - 2017 (pdf, 713 kB)