Bedragen zijn in duizenden euro's
Financiële toelichting
Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe.
Prestatiedoelstelling 1: Gewoon opvoeden
Gewoon Opvoeden is het domein van alle ouders, kinderen, formele en informele organisaties. Inspanningen van de gemeente voor het gewoon opvoeden doen we vanuit meerdere programma’s, bijvoorbeeld Onderwijs, Sport, Maatschappelijke Ondersteuning, Veiligheid en Volksgezondheid. In het programma Jeugd zijn onder de prestatiedoelstelling Gewoon Opvoeden opgenomen het jongerenwerk, participatie (kinderraad en U-shake), de verwijsindex en subsidies voor jeugd en vrije tijd. De begrote lasten in 2016 nemen 0,6 miljoen euro af ten opzichte van 2015. Dit komt doordat in 2015 nog 0,3 miljoen euro incidentele middelen beschikbaar zijn voor de transitie en door de structurele efficiencytaakstelling van 2% vanaf 2016 op grote gesubsidieerde instellingen (0,1 miljoen euro lagere lasten), door de oplopende taakstellingen beleid en innovatie (0,1 miljoen euro lagere lasten), een gewijzigde toerekening van overheadkosten (0,3 miljoen euro lagere lasten) en een toename van budget door loon- en prijscompensatie en middelen vanwege toename aantal inwoners in Leidsche Rijn (0,2 miljoen euro hogere lasten). De gemeentelijke taakstellingen innovatie, beleid en inkoop van 0,3 miljoen euro structureel vullen we in 2016 in door minder inkoop van aanvullende jeugdhulp.
Prestatiedoelstelling 2: Buurtteams jeugd en gezin
In deze prestatiedoelstelling is budget voor de subsidie voor de buurtteamorganisatie jeugd en gezin opgenomen. De begrote subsidie voor 2016 voor de buurtteamorganisatie jeugd gezin is 16,0 miljoen euro. Naast het budget in het programma Jeugd, komt er dekking uit de programma’s Onderwijs en Veiligheid. De begrote lasten 2016 nemen toe met 4,1 miljoen euro ten opzichte van 2015. De toename bestaat uit een verhoging van het subsidiebudget met 3,8 miljoen euro en een lastenverhoging van 0,3 miljoen euro door een andere toerekening van overheadkosten. De verhoging van de subsidie wordt gedekt met een verschuiving van middelen uit de aanvullende zorg.
Prestatiedoelstelling 3: Aanvullende zorg
De begrote lasten 2016 op deze prestatiedoelstellingen betreffen nieuwe middelen uit de integratie-uitkering sociaal domein die we inzetten voor de aanvullende zorg jeugd. Met deze middelen kopen we de aanvullende zorg in bij de aanbieders. In 2015 hebben we, met het oog op continuïteit van zorg en een zorgvuldige transitie, budgetgaranties afgegeven aan de aanbieders van aanvullende zorg jeugd. Vanaf 2016 maken we nieuwe afspraken met de aanbieders. In bovenstaande tabel staat een afname van het budget voor aanvullende zorg van 4,0 miljoen euro. De cijfers van de meicirculaire 2015 zijn hierin niet verwerkt. Voor 2015 en 2016 volgt als gevolg van de meicirculaire een budgetuitname van respectievelijk 2,2 en 5,6 miljoen euro. In 2017 volgt een derde en laatste taakstelling, verbonden aan de invoering van de Jeugdwet. In 2016 is na verwerking van de meicirculaire is het budget voor de aanvullende jeugdhulp 7,4 miljoen euro lager dan in 2015. Deze verlaging komt door een verschuiving van budget naar de buurtteams en door verlaging van de integratie-uitkering sociaal domein.