Corresponderende posten

Corresponderende posten

Het Rijk heeft de plicht om bij overheveling van taken naar decentrale overheden, aan te geven hoe dit gedekt dient te worden. Dit is geen garantie voor (voldoende) budget. Het Rijk kan ook aangeven dat de extra taken binnen de gemeentelijke middelen moeten worden ingepast. Indien het Rijk budget overhevelt wordt aansluiting gezocht bij de verwachte kostenstructuur en passende maatstaven voor de verdeling. Ook kan er spraken zijn van de omgekeerde weg en dat er budget weg wordt uitgenomen. Onderstaand de taakmutaties (corresponderen posten) die uit de meicirculaire 2015 komen.

Taakmutaties

2015

2016

2017

2018

2019

Verlaging algemene uitkering Gemeentefonds

Integratie uitkering sociaal domein

Decentralisatie AWBZ naar Wmo

-5.465

-9.164

-5.430

-3.967

-2.455

Decentralisatie jeugdzorg

-2.198

-5.615

-7.031

-6.776

-6.685

Decentralisatie Participatiewet

-489

-2.109

-3.658

-4.636

-5.276

Wmo

39

-1.604

-1.604

-1.604

-1.604

Maatschappelijke opvang en OGGz

0

-693

-1.416

-1.416

-1.416

Verhoging algemene uitkering Gemeentefonds

Huishoudelijke hulp toelage

3.381

3.381

0

0

0

Bodemsanering

1.360

2.358

2.358

2.358

2.358

Mannenopvang

303

270

271

304

304

Eigen kracht

30

30

0

0

0

Sociale acceptatie van LHBT

25

50

50

0

0

Totaal

-3.014

-13.096

-16.460

-15.737

-14.774

Bedragen zijn in duizenden euro's (positieve bedragen worden toegevoegd aan de inhoudelijke programma’s en vice versa).

Verlaging algemene uitkering Gemeentefonds

Integratie uitkering sociaal domein

De integratie uitkering sociaal domein bestaat uit de onderstaande drie onderdelen;

  • decentralisatie Algemene Wet |Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar Wmo;
  • decentralisatie jeugdzorg;
  • decentralisatie Participatiewet.

Als gevolg van wijzigingen in de onderliggende verdeelmodellen wijzigingen de bedragen. Over de gevolgen van deze budgettaire aanpassingen bent u via raadsbrief 15.506153 ingelicht. In deze brief staat het volgende;

Decentralisatie AWBZ naar WMO

Onderdeel gemeentetaken
Het budget voor Utrecht voor de gemeentetaken daalt in 2015 met 0,4 miljoen euro. Dit heeft te maken met de verschuiving van cliënten naar de Wet Langdurige Zorg (Wlz). In de begroting 2015 hebben we het budget nog aangevuld met 6,0 miljoen euro aan middelen die ten onrechte zijn toegewezen aan het budget voor Beschermd wonen. Deze verschuiving lichten we in de volgende paragraaf nader toe. Door de herverdeling van de middelen beschermd wonen heeft hierop echter een correctie plaatsgevonden, waardoor we rekening houden met een extra op te lossen knelpunt bij de gemeentetaken van circa 2 miljoen euro. Vanaf 2016 is deze verschuiving niet meer van toepassing, omdat dan de verdeling van het Beschermd wonen is gecorrigeerd voor deze onterechte middelen. Vanaf 2016 neemt het budget toe met circa 4,5 miljoen euro structureel en blijft dan jaarlijks vrijwel gelijk. Hiermee wordt een deel van de eerder genoemde verschuiving gecompenseerd. Per saldo zullen we bij de inkoop vanaf 2016 rekening moeten houden met een verlaging van de beschikbare middelen met ruim 2,5 miljoen euro.

Onderdeel centrumgemeententaken (beschermd wonen)
Het budget voor beschermd wonen daalt in 2015 met 5,0 miljoen euro. Dit is enerzijds een gevolg van de verbeterde historische verdeling van het macrobudget (2,0 miljoen euro) en de bijstelling van een bedrag dat ten onrechte in het budget beschermd wonen is terecht gekomen en thuis hoort in de budgetten voor gemeentetaken van Utrecht en de regiogemeenten (3,0 miljoen euro). Over deze laatste aanpassing zijn wij nog in overleg met het rijk. De andere aanpassing kunnen we naar verwachting opvangen binnen de afgesloten contracten en de te innen eigen bijdragen.
De middelen die ten onrechte zijn toegevoegd aan het budget beschermd wonen vloeien voort uit een inventarisatie door het rijk van kosten van ambulante begeleiding aan cliënten met een indicatie voor beschermd wonen (zogenaamde extramurale verzilvering). Het rijk heeft de omvang van deze vorm van zorg uitgevraagd en verdeeld met de budgetten voor beschermd wonen. Bij deze uitvraag hebben een aantal Utrechtse zorgaanbieders alle ambulante begeleiding opgegeven, ook die geleverd werd op basis van een extramurale indicatie. Na overleg met het rijk hebben wij dit bedrag gecorrigeerd op het beschermd wonen budget en toegevoegd aan het budget voor begeleiding individueel van Utrecht en haar regiogemeenten. Het totaalbedrag aan foutief opgegeven zorg bedroeg 11 miljoen euro, deze hebben wij volledig gecorrigeerd. Het rijk heeft in de laatste verdeling deze 11 miljoen teruggebracht naar 8 miljoen. Wij zijn nu in overleg met het rijk om dit te herstellen in de septembercirculaire 2015. We houden vooralsnog rekening met het eerder genoemde extra knelpunt van 2,0 miljoen euro in 2015 op het budget gemeentetaken. In raadsbrief 15.506246 is er nog een nadere duiding gegeven over de aanpassing van het budget AWBZ naar WMO.

Decentralisatie jeugdzorg

Het budget voor Jeugd daalt in 2015 met ruim 2 miljoen euro. Dit is het gevolg van een verschuiving van een deel van de cliënten naar de Wlz. In de begroting 2015 hebben wij met deze verschuiving rekening gehouden. Vanaf 2016 daal het budget verder met circa 3,5 miljoen euro als gevolg van de invoering van het objectieve verdeelmodel. Dit is in lijn met onder eerdere verwachtingen.

Decentralisatie Participatiewet

Het participatiebudget bestaat uit twee onderdelen, te weten het re-integratiebudget en het budget voor de WSW. Ten opzichte van de septembercirculaire 2014 daalt het re-integratiebudget met 0,2 miljoen (nieuw budget is: 12,6 miljoen euro). We moeten deze daling binnen de bestedingen op re-integratie opvangen.
Ook het budget voor WSW is gedaald (met 0,3 miljoen euro). De verdere daling van het budget vanaf 2016 wordt veroorzaakt door de afbouw van de Wsw en de daling van het bedrag per sw-er. Hier was al rekening mee gehouden.

Wmo

De wijziging aangaande de Wmo budgetten zijn het gevolg van de volume-index 2016 en 2017 en het gebruik van actuelere basisgegevens voor de maatstaven in het onderliggende objectieve verdeelmodel.

Maatschappelijke opvang en OGGz

Het macrobudget van de decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang is ongewijzigd. De huidige wijziging houdt verband met het nieuwe objectieve verdeelmodel. Het kabinet heeft hierover op advies van de Raad voor de financiële verhouding (Rfv) de overgang in twee stappen te laten verlopen: in 2016 de helft op basis van de historische budgetverdeling en de helft op basis van de objectieve verdeelsleutel en in 2017 geheel objectief.

Verhoging algemene uitkering Gemeentefonds

Huishoudelijke hulp toelage

Deze middelen worden door de gemeenten beschikbaar gesteld voor het stimuleren van de vraag naar huishoudelijke hulp, teneinde zoveel mogelijk volwaardige werkgelegenheid te behouden.

Bodemsanering

Voor de periode 2016 tot en met 2020 is sprake van een decentralisatie-uitkering ten behoeve van bodemsanering. Het bodembeleid voor deze periode is opgenomen in het convenant ‘Bodem en Ondergrond’ van 17 maart 2015. Het convenant is ondertekend door het Rijk, het IPO, de VNG en de Unie van Waterschappen. Met de ondertekening van het convenant wordt de definitieve stap gezet naar de verdere decentralisatie van de middelen. Met de middelen kunnen de gemeenten de afspraken uit het convenant uitvoeren.

Mannenopvang

Dit betreffen de middelen voor mannenopvang die voorheen via de VNG werden verdeeld. Het betreft een landelijke taak die door de G4 wordt uitgevoerd.

Eigen kracht

Dit zijn middelen om vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt richting werk te activeren. Het betreft een uitnodiging van de minister van OC&W waarop, naast Utrecht, twaalf gemeenten positief hebben gereageerd.

Sociale acceptatie van Lesbiennes, Homoseksuele, Biseksuelen en Transgenders (LHBT)

De samenwerking ten behoeve van een gezamenlijke aanpak van LHBT-emancipatie met Regenboogsteden is voortgezet en waar mogelijk uitgebreid. Doel van de aanpak is de sociale veiligheid, weerbaarheid en sociale acceptatie van LHBT’s binnen onze gemeente te bevorderen.